Van Hove begint weer een beetje de goede richting op te gaan na het debacle van de ‘Massacre at Paris’. Toch staat deze ‘True Love’ nog niet helemaal op hetzelfde niveau als een aantal dingen die hij bij HZT maakte, maar het was dan ook pas een try-out.
Weer terug is in ieder geval het lekker rommelen met de ruimte: de Zuiveringshal is gevuld met een ei-vormig decor van hout en schuimrubber waarin het publiek op verschillende plaatsen zit. Ook leent zo’n schuimrubberen vloer zich lekker om te springen, te glijen en te smijten met acteurs, wat dan ook te pas en te onpas gebeurt. Helemaal leuk wordt het wanneer aan het einde de helft van het publiek weggejaagd en in een woeste uitbarsting hun zitplaatsen grondig verbouwt worden. TGA verfrommelt de ruimte als een ouwe krant. Snoezig hoor, iedereen krijgt zo weer een soort jeugdig enthousiasme en dat had het gezelschap hard nodig. Een extra gewei trouwens voor Vandenbussche voor de enorme overtuiging die hij uitstraalt.
Andere Van Hove-gimmicks keren ook weer terug. Voor een dansje zo nu en dan draaien de acteurs hun hand niet om. Jammer alleen dat het daarom zo ongeinspireerd overkomt. Ook worden de nodige aangename liedjes aan elkaar gemixed om als een haast continu geluidsdecor te dienen.
Toch heeft het stuk nog niet helemaal zijn draai gevonden. Na een half uurtje wordt het toch wel vervelend dat het nergens heen gaat en het einde is te lang (hoewel wel mooi gespeeld door Hulst).
Best een aangenaam avondje gehad dus. Jammer alleen dat het pas nu heel langzaamaan weer iets begint te worden met TGA.
Geen vooroorlogse jazz in deze opera, maar wel een treffende vorm om het aangrijpende verhaal van J&J te vertellen; een orkest wat steeds kleiner wordt. Prachtig hoe muziek, beeld en verhaal elkaar hier ondersteunen. Toneelbeeld is simpel gehouden, maar zeer doeltreffend. Jammer blijft dat ook Nederlandse opera-tekst eigenlijk boventiteling nodig heeft, want ik verstond driekwart niet.
Het plotseling niet doorgaan van ‘Mean Streets’ en een nieuw stuk zoeken, heeft Ivo van Hove en TGA volgens mij goed gedaan. ‘True Love’ is zijn meest spontane en zelfs gepassioneerde toneelstuk in jaren. De tekst is prachtig, zappend tussen emotioneel beladen, grof en wijs. Het decor is ook erg leuk, zeker als het op het eind door de acteurs volledig herbouwd wordt. Niemand kreeg de kans om ongemerkt weg te sneaken, hetgeen wel gebeurde na een, wat mij betreft, nu al klassieke taart-sex-scène met Roeland Fernhout in de hoofdrol. Erg goed spel van Jorre Vandenbussche, Maarten Claeyssens, Kees Hulst en Fernhout. Maar wat de fok zeur ik, iedereen speelde erg goed. Dankzij hen zullen veel van de scènes me nog lang bijblijven. Thans kwamen Pierre Bokma, Kitty Courbois en Catherine Keijl (!) nog even langs en liet Job Cohen in de meest cruciale en mooie scene zijn mobiel afgaan (gewei!)
Het begin is een beetje rommelig en aan het eind zakt het in, maar daartussenin is het prachtig; woest en aards; ik was vergeten dat Ivo dat kon, na alle India Songs en Alicen in Bed. De acteurs hebben veel lol en er wordt veel moois gedebiteerd over liefde en sex. Toch licht onbevredigd na afloop; die Bach-suite op het eind, betekent die dat alle prachtige seventies deunen (Tomaat voor door ‘Do you know de way to Santa Fé’ heenpraten!) eerder in de voorstelling ironisch bedoeld zijn? Dat zou wel heel erg zijn.. Dolly Parton rules, namelijk.
Nog een minirecensie voor ‘True Love’? Ja! Ik vond het risicovol, zinderend, ‘environmental’ acteursgeweld. Daar waar het taboe verdwenen is blijft schaamteloosheid en eerlijkheid. Ruig en fascinerend toneel, met de mooiste naaktscene aller tijden. Trouwens, voor wie ‘Een soort Hades’ heeft gezien: viel je niet iets op aan de rol van Kees Hulst???
Indringend, dreigend spel tussen acteurs, objecten, poppen en (dode) dieren over macht, dood en manipulatie. Een politieke, freudiaanse, kafkaiaanse Oedipous, waarin inCeSt en InSeCt tot elkaar komen. Met (elke voorstelling een andere) kip.
Omdat er iemand vloekend en tierend de zaal verliet na de openings-act, zal ik U verraden dat de kip gedrogeerd is en niet echt wordt gekilld. Heb ik via de zaalwacht kunnen achterhalen. Dus wel dezelfde kip, en geen boze belletjes naar de dierenbescherming.
Eindelijk weer eens onversneden Fluxus op het toneel, met Yoko Ono’s Voice Pieces for Soprano en George Maciunas’ Carpenter’s Piece. Sonic rules!
Een soort kruising tussen Kabouterland in de Efteling en het computerspel Myst. Heerlijke semi-zweef, waar je heel mellow van wordt. Logistiek een meesterwerk. Ik vond bovendien dat het orakel ook nog een goed antwoord heeft gegeven.Niet geschikt voor cynici, though.
Om te beginnen een mooi blik tomaten voor de publictiteit van het HF; door de voorstelling “avant garde-dans” te noemen en “een multimedia performance”. Dat is het dus niet. Hip-hop en breakdance heb ik wel beter gezien bij School of Hardknocks en kwa theater kan het echt niet. Wel een spannend type, deze Bill Shannon; maar ik ben het helemaal niet met hem eens, mischien moet hij eens een film maken met Cyrus Frisch, lijkt me een verdomd interessante combinatie.
Behoorlijk belangrijk Avant-garde theater uit New York. Precies wat U er zich van voorstelt. Heel prettig om mensen serieus een enorme hond te zien vereren of met een haan op een stok rond te zien rennen. Het doet me niet zoveel. Maar ja; since I know absurdism is dead my life feels empty.
Echt zo’n voorstelling om eens lekker bij te slapen.
Dat was overigens ook wat een groot gedeelte van de aanwezige cultuur elite van amsterdam gedaan heeft.
Het gesnurk overstemde bijna de geweer salvo’s op
het podium. Arty Farty! Leefde Mao en Stalin nog maar….
Leuk voor die Amerikanen, zo’n gratis reis naar magisch centrum Amsterdam. Minder leuk voor de bezoeker zoals ik. Doe liever de afwas of schrob de WC. Heb je meer plezier van.
Een voorstelling waar ik me geweldig bij voel, sinds jaren niet zo gelachen! Ivo bedankt!
Het moet maar eens afgelopen zijn met dat gelul over het Holland Festival… Het Holland Festival is supercool! (Beetje duur, dat wel). Veel interessante voorstellingen, verrassingen en eye-openers. Neem Oraculos in loods 6 op het KNSM eiland. In je eentje dolen door een mystiek labyrinth, 75 minuten lang. Soms in het pikkedonker, op de tast, kruipend, ruikend, voelend. Er wordt bijna geen woord gesproken door de acteurs die je tegenkomt (en de velen die je wel vermoedt maar niet ziet). Huiveringwekkend mooi belevingstheater; de ultieme totaalervaring. Je komt duizelend naar buiten op je blote voeten. Gelukkig wachten je schoenen bij de uitgang… Verslavend mooi, uiterst subtiel, niet pretentieus, esoterisch bijna en toch aards. In een woord: geweldig!
Boris, in het Russisch met boventitels.
Ongemeen fel spel, vol en vurig, en een onvergetelijke acte bij de fontein. Ook de scene aan de grens van Litouwen, met de dronken monnik Varlaam, was ronduit hilarisch.
Eenieder speelde gedisciplineerd en trouw, een staande ovatie hun deel. Boris was een ware tsarendoder met Mefistofelistische motoriek, maar tsarevitsj Dimitri stal de show, hij speelde herhaaldelijk naar en met het publiek door de humor nog wat extra aan te zetten.
Die Russen kunnen spelen.
Ook noemenswaardig was hun entree op het Westergas-terrein;
in iets te dure bolides reden ze in convooi langs alle slagbomen richting backstage, en na afloop verliet Marina het pand met ster-allure.
Boris zong zeker groots, een imposante bas,
de monnik Pimen was ook niet slecht.
De vormgeving liet wel wat te wensen over.
Godoenov is een grootse opera, maar de presentatie is heel belangrijk. Het huilende zigeunerjongetje dat telkens opduikt was toch wel iets te, zeker de boze droomscene van Boris vooraan het toneel met de wand vol gezichtjes, waarvan er enkelen aarzelend waren scheefgeplakt, was nou niet iets om naar huis te schrijven. En de gouden stoel begint goed, maar verwordt dan teveel tot pop-art of Claes Oldenburg.
Stratenmakers, metselaars en messenslijpers maakt het niet uit of ze nu voor de gemeente, particulier of voor de kunst werken. Ze maken gewoon wat van ze gevraagt wordt. Door ze op het podium van een schouwburg te zetten, worden het geen kunstenaars. Het Holland Festival- publiek maakt het niet uit wat ze te zien krijgen, omdat het Kunst is zitten ze er serieus naar te kijken en geven daarna een ovatie. Een gewei voor Willem Nijholt en de Pasta maker met snor, de enige in de Schouwburg die met iets anders bezig waren dan een opdracht uitvoeren.
Tja… Weinig bijzonder, deze ‘Hamlet’. Veel te traag, een aantal mooie vondsten. En ik maar denken dat er alleen bijzondere producties uit het buitenland hierheen worden gehaald door HF… niet dus. Nederland produceert zelf betere Hamlets (zoals die van ‘t Barre Land).