Een ode aan Judith Herzberg is nooit verkeerd en dat zij in samenwerking met deze Duitse collega’s haar trilogie ‘leedvermaak’ afschreef verdient een gewei. Maar de ode overlaten aan deze acteurs was dan weer een minder idee. Ver weggekropen achter de lijst van het toneel spraken ze traag en in een enkel ritme. De hele voorstelling was een aaneenschakeling van scenes in een tempo dat als onverstoorbare goederentrein doorkachelt, zonder op of om te kijken, het tempo te veranderen, laat staan áán te komen.
En dan een extra tomaat voor het absoluut te kort aan zuurstof in de stadsschouwburg! Ik hoop van harte dat er ventilatiesystemen op uw verbouwings-verlanglijstje voorkomen.
Dat ze bij het Amsterdamse Bos juist voor de ondertitel “or what you will” van Twelfth Night kiezen, en dan ook nog Johnny Kraaijkamp jr. inhuren voor de rol van pesterige oom zegt het al: een avondje lekker kluchten. Niet zoveel mis mee, af en toe zelfs een goede grap, leuke live-muziek en Mathijs Janssen van JongHollandia is fijn om naar te kijken. En verder hapslikweg, zoals de tonijnsalade in vloeiende lijn met een slok bier.
Mixed feelings over deze ‘Hip’, vooral omdat de geestelijke terreur van hip willen/moeten zijn niet erg origineel ingevuld wordt. Ik heb dat bij Ine te Rietstap tien keer beter gezien. Maar bewondering voor het spel van Sanne Vogel die haar lichaam in de strijd gooit, de grens tenenkrommend tien keer opblaast en overbrengt: dit ben ik, dikke vinger. En een extra gewei voor de ongebreidelde eigen taal - niks ouwelijks, volwassendoenerigs, maar ook niet ‘lekker jong’ - die zegt dus precies hetzelfde: dit ben ik, dikke vinger. Om jaloers op te zijn.
Eerst rij je met de auto naar exotisch Wervershoof in Noord-Holland om er dan achter te komen dat de voorstelling in nog exotischer ‘Stroe’ een half uur verderop gespeeld wordt. Een gewei voor deze avontuurlijke tocht naar het kleine stukje Holland achter de dijk van een restje Zuiderzee. Dan: kom je aanrijden en denk je “hé kermis”. En ja hoor, het dekor is een echte kermis, met golfbaan waar je na afloop zelf de pluim mag proberen te grijpen, waar je suikerspinnen eet en eendjes vist. En natuurlijk: dan is de voorstelling zelf ook nog eens de moeite waard. Oftewel alles wat je van een zomervoorstelling wenst.
Tien mensen die zogenaamd maar wat doen en dan perfect getimed op een klassieke symfonie. Heerlijk om naar te kijken. Een extra gewei voor de cast, de samenstelling van de groep is echt geweldig. Maar de achterkant blijft uit. Deze mensen worden onder druk gezet om op het toneel te blijven en ons te vermaken, maar waarom blijft onduidelijk. Ja, uit beleefdheid zegt de flyer. Maar die voel ik niet zo.
Misschien dat het zonder die verhaallijn wel raarder en absurder was geworden. En wranger, het was allemaal iets te aardig.
Leuke voorstelling over manlijke kwetsbaarheid rondom manlijke zaken. Met vier heerlijke acteurs die ook als ze niet briljant spelen indrukwekkend hun personages neerzetten (het spel was veel minder hilarisch dan verwacht en dan op andere avonden, zo heb ik mij laten vertellen). Nu werd het een broos theateravondje met echte tv-sterren. Een tomaat toch, voor de afloop van de tekst. Na een duidelijk opgebouwde thriller is het einde een anti-climax en teveel ‘hoe brei ik er een einde aan’.
Oei, wat saai. In een poging Coriolanus helder te spelen, is Aluin helemaal doorgeslagen in rood op rood op rood te stapelen. Ze spelen het stuk niet, ze leggen het uit. Iedere wending zie je tien minuten van tevoren aankomen. Oorlog voer je door schichtig tussen de colberts door te kijken, het vuurgecht wordt afgenomen met bierviltjes. Oplossing wordt aan oplossing gebreid. Met kunst, verrassing, dingen blootleggen, tegenstrijdigheid, twijfel, oftewel: leven heeft dit niets te maken. Deze Coriolanus is doodgeregiseerd.
Een gewei voor het bij vlagen ontwapenend spel van vooral Dennis Coenen en Marcel Roelfsema.
Mooie kleine voorstelling over dagelijkse drama’s, plannen om jezelf op de rails te houden en alles dat er tussen komt. Een innerlijke monoloog geëtaleerd door het werken achter de computer. Files, filmpjes, chats en emails komen voorbij en geven prachtige kijk in de keuken van het hier en nu gescharrel. Eindelijk de pc als concreet vertel-medium gebruikt. Extra gewei voor het bureablad als briljant decor!
Een bewerking van Martin McDonagh (schrijver van de Leenane Trilogy) om je vingers bij af te likken. De Antwerps/Engels/Amerikaans/Franse slang proeft na als peper op de tong. Ik wil die tekst hebben! Gespeeld in zalig fysiek spel met down-to-earth humor. En ondanks al deze acteerhoteldebotel komt de hardheid, leegte, ontroering en goedheid van de mensen van het Ierse eiland Inishmaan goed aan. De eilandbewoners raken in de ban van de komst van regiseur Robert Flaherty naar Ierland, we spreken 1934. Kripplen Billy hoofdpersoon van dit verhaal is de outcast van het dorp, maar wel degene die Hollywood haalt. Gaat het zien en maakt kennis met dit jonge Vlaamse kollektief! Ik hoop dat ze nog heel veel meer gaan maken.
De dans van de zwaan op de wel bekende Tsjaikovski muziek van de vrouw in rolstoel was prachtig, hoeveel kan je uitdrukken met de ene niet-verlamde arm. Tranen in ogen. Ook de bejaardendisco is prachtig. Je ervaart diepte bij deze grijze mensen die in ons dagelijks leven vaak niet verder komen dan het stempel ‘oud’.
Maar toch, het geheel viel tegen. Te weinig, te knullig en teveel schmieren.
Wist u dat Het Vervolg De Appel van het zuiden is? Met een sterk betrokken vijftigers publiek, dat enorm cultureel komt doen op de zolder van de schouwburg? Het Vervolg is dan ook hard op zoek naar leuke jonge theatermakers die dan in de vorm van een stage een hippe voorstelling mogen komen maken, opdat het Vervolg ook jonge mensen trekt. Nu ja, aan Phaedra hebben de jongeren niets gemist, het was het theater van de vorm-standjes met teveel spuug en waterspetters. Één blik tomaten, omdat het verder allemaal niet zo belangrijk was. (Gelukkig gaat De Avonden binnenkort in reprise, is er toch nog iets om naar uit te zien.)
Voor wie de Vlaamse pers misschien ontgaat: de verkiezing van het beste toneelstuk allertijden wordt vandaag uitgebreid besproken in De Standaard met verwijzing naar Moose. Go Moose!