moosers

Minirecensies van Iwein

Ik heb ier ooit geschreven dat wat Rijnders ook doet, het altijd interessant is. Deze keer niet dus. Ongeïnspireerd, routineus, seriewerk.
Niet alleen de regie, de vormgeving is al even ongeïnspireerd. Misschien is met deze tekst ook niet veel meer aan te vangen. Men zegt soms van iemand dat hij zichzelf graag hoort praten, nou, deze schrijver ziet zichzelf blijkbaar graag, euh, schrijven. Vooral de rol van Bokma heeft tekst waar maar geen einde aan komt, als je denkt dat hij zijn punt wel gemaakt heeft, komt er nog een woordenwaterval. Drie keer dacht ik dat het stuk gedaan was, maar nee hoor, woorden, woorden, woorden. Bovendien is het een stuk dat niet goed weet wat het wil zijn; een zwaarwichtig stuk met veel gefilosofeer en verwijzingen naar mythologische toestanden (Wodan & Edda!!), een boulevardkomedie? Waar het laatste domineert wordt het trouwens genietbaarder.
De vier acteurs acteren met een inzet en begeestering een beter doel waardig; zij zijn dan ook het enige positieve aan deze voorstelling. Zij zijn het die de aandacht van de toeschouwer toch nog een beetje gaande houden, zeker in de komische passages (of die ook zo bedoeld zijn is een andere vraag).
Zo gauw mogelijk vergeten.

Iwein gezien 16/03/2005

Van Hove & Versweyveld zijn terug! Het is natuurlijk theater met een gimmick maar daar zijn ze nu eenmaal schitterend in.
De titel alleen al heeft een voyeuristisch trekje. Van Hove heeft dit doorgetrokken en de toeschouwer bijna bovenop de acteurs gezet, intiemer kan bijna niet. Toch ook weer niet zo intiem; terwijl je naar één van de drie scènes uit het eerste deel kijkt, hoor en zie je flarden van de beide andere scènes, alsof je in een slecht geïsoleerd appartementsgebouw zit. In het tweede gedeelte wordt alles samengevoegd
Ik kan me voorstellen dat zowel het concept als de tekst zelf enige tijd nodig heeft om in zijn plooi te vallen. De voorstelling die we zagen klikte echter perfect. Wat een cast! Ook al viel het jongere stel (Pulinckx en Smulders) te…. jong uit, de twee andere koppels waren niet alleen treffend gecast, ze maakten Bergmans tekst tastbaar en vooral herkenbaar. Celia Nufaar maakte al evenzeer enorme indruk in haar beide rollen.
Door de intimiteit en de herkenbaarheid is de spiegel die je voorgehouden wordt des te confronterender. Na de voorstelling zag ik koppels mekaar omhelzen, begrijpend aankijken, handjes vasthouden. Een groter compliment kan je deze voorstelling eigenlijk niet maken. De staande ovatie, waar het Gentse publiek extreem spaarzaam mee is, was dan ook een dank voor vier uur fantastisch theater.

Iwein gezien 12/03/2005

De dubbele kindermoord in Aalst zit, bij ons Aalstenaars, nog fris in het geheugen. En waren we het vergeten, de mediaheisa van de laatste weken rakelde alles weer op.
Voor een stuk als dit is het dan ook nog te vroeg. Er is fictie en fantasie door elkaar gemengd. Omdat de realiteit zo akelig dichtbij is blijf je op zoek naar een stukje waarheid. Wat zijn de feiten en wat is fictie? Waren de daders werkelijk zo marginaal als ze hier voorgesteld worden.
Een objectieve benadering van deze voorstelling is dus zeer moeilijk. Als toeschouwer is de emotionele betrokkenheid groot.
Toch een poging om met onbevangen ogen te kijken : het werd een sobere, korte, krachtige voorstelling. Beide acteurs spelen zeer ingehouden en consequent. De opgenomen stem van Jackie Dewaele (Zaki) is perfect als ondervrager.
Een voorstelling die beklijft maar is het nou om de voorstelling zelf of om het onderwerp?

Iwein gezien 26/02/2005

Stan heeft iets met farce, Stan heeft iets met Bernhard. Van Molière kun je verwachten dat het burlesk gebracht wordt maar Bernhard is verre van evident. Hier gebeurt het wel en krijgen we een toch wel vreemde mix. Maar wel één die werkt.
Het grootste gedeelte van de voorstelling gaat naar wat je eigenlijk mime zou kunnen noemen. Je hebt vooreerst de verkleedpartijen tussen de verschillende stukjes tekst. Wanneer Damiaan De Schrijver een tafel probeert in elkaar te zetten heb je eigenlijk slapstick.
Daartussen heb je dan de vijf - of zijn het er eigenlijk zes? - stukjes tekst van Bernhard. Tekst waarin Bernhard soms zeer expliciet verwijst naar het zwarte verleden van Oostenrijk en een paar respectabele burgers schetst die, alhoewel ze in één geval zelfs een paar duizend doden op hun geweten hebben, hun weg maken in de na-oorlogse maatschappij. Hun gedachtengoed zijn ze, in besloten kring, niet kwijt. Je hoort uitspraken die zo passen in de retoriek van het zwart blok, tenminste als je de “officiële” standpunten terzijde laat. Je hoeft maar te surfen op de aanverwante sites om massa’s dergelijke dingen tegen te komen. Zelfs op de site van Marie-Rose Morel, toch wel de babe die het zwart blok salonfähig moet maken, vind je dergelijke taal. Ik heb er de laatste tijd heel wat op rondgesurft, maar dat is een ander verhaal. We dwalen af.
Dit contrast tussen het “mime”-gedeelte en Bernhards tekst is zowel het sterke als het zwakke punt van de voorstelling. Enerzijds wordt je stil van de tekst na een potje grinniken om zoveel onhandigheid, anderzijds begint de slapstick zijn eigen leven te leiden en verliest het zijn rol als versterker van de tekst.
Vooral Damiaan De Schrijver moet opletten dat de schitterende komiek en entertainer die hij is, de voorstelling niet al te vlug doet afglijden naar wat ze in het Peulengaleis zouden heten : de show van De Schrijver, Damiaan. 

Iwein gezien 05/03/2005

De Roovers hernemen de productie waar ze tien jaar geleden mee begonnen zijn. Aanvankelijk komt het wat gedateerd over. De bijna clowneske grime, de groteske mimiek, een gezelschap zoals Ceremonia (winnaar theaterfestival 2004) heeft het genre tot immense hoogtes gebracht.
Maar als je het vergelijken achter je hebt gelaten zie je een frisse, knap geacteerde, boeiende voorstelling. Een voorstelling waar duidelijk over nagedacht is. Hier geen last van de moraliserende kantjes die in de tekst zitten. Je wordt wetens en nillens meegevoerd in de evolutie van de personages en naar de voorspelbare ontknoping.
Lucas Vandervost maakt zijn (onverwachte) opwachting en past zich perfect in. Hetzelfde kan gezegd worden van Benjamin Verdonck die zeer geloofwaardig een 14 jarig meisje neerzet. De 3 basisleden van De Roovers, Cleiren, De Bosschere en Nuyens staan sterk te acteren.
Met deze voorstelling moeten De Roovers tien jaar geleden behoorlijk indruk gemaakt hebben en dat doen ze vandaag nog steeds.

Iwein gezien 16/02/2005

Dit is niet de eerste regie van Peter Van Kraaij die we hebben gezien maar wel de laatste. Al zijn regies zijn in hetzelfde bedje ziek met dit als triest laagtepunt : irrelevantie, een ander woord voor ronduit saaiheid.
Om de voorstelling nog afstandelijker te maken maakt hij ze “historisch juist”. Het is gesitueerd in het arty milieu van de jaren vijftig waar wij vandaag geen sikkepit verwantschap mee voelen.
Han Kerckhoffs tracht er het beste van te maken maar de beide anderen acteren alsof ze er zich bij neergelegd hebben dat hier geen eer mee te rapen valt. Heebink is dan nog dikwijls ronduit onverstaanbaar voor ons, Vlamingen.
Aan de tekst ligt het niet, ontrouw is van alle tijden. Een voorstelling van een amateurtheater enkele jaren geleden bewees ons dat de tekst nog altijd even actueel en herkenbaar is, tenminste als je hem ontdoet van het milieu waarin het zich afspeelt en je er ook enige emotie en betrokkenheid in legt. Dat was hier geenszins het geval.

Iwein gezien 04/02/2005

In deel 1 viel ons enkel het trage tempo en de literaire benadering op. In deel 2 kwam daar het prachtige visuele en poëtische aspect bij maar vonden we het geheel nog altijd traag en monotoon. In deel 3 is daar eindelijk enig tempo en zelfs enige dramatische actie aan toegevoegd. De verwijzingen naar de Grote Oorlog maken het geheel nog prangender, actueler zelfs.
M.a.w. Guy Cassiers heeft hier quasi de perfectie bereikt : het visuele blijft van een verbazende schoonheid, de actie spreekt enorm aan, de acteurs zijn op zijn best.
Daar komt dan nog de muziek bij. De jongens van het koor ondersteunen en illustreren het stuk nog meer. Prachtig.
Het is de eerste keer dat een literatuur-op-scène-voorstelling met de trage actie, de monotone zegging en het debiterend vertellen (want het zit ook weer allemaal in deze voorstelling) toch elk seconde boeit.

Iwein gezien 03/02/2005

Jos Verbist speelt Josse De Pauw en de eerste speelt zoals de laatste het zou gedaan hebben. Goed om Jos Verbist nog eens terug te zien trouwens. Hij zet Dédé, een figuur die het liefst alleen met zijn taxi de stad ronddoolt in de nachtelijke uren, meesterlijk neer.
Dat een dergelijk personage een autistische migrant zou adopteren klinkt misschien zeer ongeloofwaardig maar wordt hier zeer aanneembaar neergezet.
De muzikanten zetten een prachtig muzikaal decor neer, het stoort nergens maar geeft de voorstelling een extra dimensie.
Nog een woordje over Djamel Hadjamar. Ook hij maakt indruk. Zijn spontane vertolking roept onmiddellijk sympathie voor het personage op.
Een kleine voorstelling waar er veel te weinig van zijn.

Iwein gezien 29/01/2005

Wat een schitterend theatermaker is Josse De Pauw toch!!! De man die ooit beweerde zich in een groot gezelschap niet in zijn sas te voelen als hij in een gezelschap speelt, niet te kunnen functioneren in andermans regie, zet misschien wel dé acteerprestatie van het seizoen neer. En dat gezelschap vult hem ongelooflijk aan. Gilda De Bal vooral, die al mompelend één en al onmacht uitstraalt om de loop der dingen te veranderen. Ook de zoons, Gielens, Perceval en Claessens, schitteren. Maar allen zijn ze slechts aangevers voor die ene rol waar het om draait: De Pauw’s handelsreiziger.
Perceval maakt het zijn toeschouwers niet gemakkelijk, zoals gewoonlijk. Wil je de plot goed kunnen volgen, dan is enige voorkennis van het stuk zeker geen luxe. Perceval verknipt en verplakt de tekst zodanig dat het allemaal wat fragmentarisch wordt. Toch doet het niets af aan de kern van deze klassieker : de ondergang van een ouderwordende, niet meer meekunnende, “gewone” man.
Nog een pluspunt : het is een cliché om te stellen dat de beste scenografieën niet opvallen maar het stuk ondersteunen. Dat is hier zeker het geval.

Iwein gezien 18/12/2004

Doorgaans is de kwotering de weergave van een algemene indruk. In dit geval is het het gemiddelde van delen die zeer hoog scoren en facetten die zeer laag scoren. Een voorstelling die gemengde gevoelens oproept.
Het boek van Heijermans hebben we niet gelezen, de verwijzingen die in de voorstelling ernaar zouden zijn hebben we dan ook niet gemerkt. Maar veel hebben we niet gemist, dit gaat bijna uitsluitend over sfeerschepping. Sfeer over het vissersleven, de onzekerheid en de gevaren van het vissersleven en de onrust van de vissersvrouwen.
Positief is dat dit een aantal zeer sterke, muzikale scenes oplevert. Vooral in het muzikale staat deze voorstelling als een huis. Negatief is dat het regelmatig afglijdt tot louter nummerkes opvoeren. Elkeen die zich geroepen voelt mocht blijkbaar zijn dingetje doen. Het circusnummer van Chris Nietvelt, knap gedaan, fantastisch, maar het blijft wel circus, past dan ook op de gecreëerde sfeer als een tang op een varken. En we nemen dat stukje dan nog als voorbeeld, er zitten er talloze in. Sommige van die nummertjes ben je algauw beu gezien (de toupet!!!).
Prachtige sferen, vooral gecreëerd door de muzikale gedeeltes, die een zware indruk achterlaten. Afgewisseld met scenes waarvan je niet weet wat ze er in ‘s hemelsnaam komen bij doen en slechts ergernis opwekken. Het ene plus het andere, gedeeld door twee levert inderdaad iets tussenin op. Maar middelmaat was het niet.

Iwein gezien 07/12/2004
<< < 456 > >>
Syndicate content