theaterpraat

6. Romeo en Julia / Een dialoog tussen tekst en tango

410_Halina150 x125 voor Mooselogo.png

Maart 2004 Kan dat? Een dialoog tussen Nederlandse woorden en Argentijnse bewegingen? Ja, dat blijkt te kunnen. Heel goed zelfs. Vooral omdat de dansers op een ook voor niet danskenners onmiddellijk herkenbare manier alle gemoedstoestanden laten zien. Van dreiging en agressie tot verleiding en passie.

Zwijgende tangodansers tegenover sprekende acteurs. De balkonscène als monoloog van Romeo, terwijl Julia ontspannen op haar buik ligt en haar benen wat rust geeft. En dan ook nog Adelheid Roosen als engel. Je moet maar durven! Regisseur Ola Mafaalani durft het. Tegenover Pierre Bokma, die Romeo speelt, laat ze een Braziliaanse danseres de rol van Julia vertolken. De Argentijnse broers Enrique en Guillermo Infran de Fazio, die nooit met vrouwelijke partners dansen, alleen met elkaar, zijn samen neef Tebaldo. Ze spreken geen Nederlands, Julia en neef Tebaldo. Voor een goed gesprek heeft Romeo dus niet zoveel aan de Capuletti’s. Daarvoor heeft hij alleen zijn vriend Mercutio en frater Lorenzo.

Schiet Adelheid Roosen Romeo dood?
‘Deze Romeo en Julia is onvergetelijk’, begint Kester meteen na afloop, ‘ik denk dat deze voorstelling om verschillende redenen geschiedenis zal schrijven. Ik heb maar één bezwaar.’ Ik zie Hein denken: ‘Eén bezwaar, ik heb er wel een paar meer, ik begrijp bijvoorbeeld helemaal niet waarom die engel met die vleugels sleurt.’ ‘Mijn enige bezwaar tegen deze voorstelling’, vervolgt Kester, ‘is de rol van Adelheid Roosen als engel. Ze doolt de hele voorstelling wat doelloos over het toneel met die vleugels en die veren, en dan ook nog in dat lelijke lichtblauw. Uiteindelijk blijkt ze maar één handeling te hebben: ze schiet Romeo dood. Nou vraag ik je, hoe haalt Mafaalani het in haar hoofd om de zelfmoord van Romeo te vervangen door dood door een schot! En dan begint Roosen, wanneer de engel zich bewust is van haar handeling, ook nog te jengelen als een kind.’

Engelen hebben toch ook gevoel!
‘Wat nou doelloos dolende engel, Kester?’ Ineens flap ik het eruit. Daar gaat mijn goede voornemen om alleen te kijken en te luisteren. Kan ik nog terug? Nee, nu moet ik door: ‘Vanaf het allereerste begin werpt de engel de schaduw van de in het verschiet liggende onontkoombare gebeurtenissen voor zich uit. Een engel staat toch dichter bij god dan een sterveling en kan toch in de toekomst kijken?’

Omdat Kester me lijkt te negeren en de anderen zwijgen, ga ik maar gewoon verder: ‘Pas halverwege het verhaal beseft de engel dat niet alleen Mercutio en Tebaldo slachtoffer zijn van het noodlot, maar ook Romeo en Julia. Vanaf dat moment neemt Roosen’s droefheid toe. Het is als engel dan wel gewoon haar werk, maar ze heeft ook gevoel. Zo’n braller als Mercutio, ze zal er een traan om laten, dat natuurlijk wel, maar niet meer dan dat. Om die snoeverige Tebaldo ook. Maar als het haar duidelijk wordt waar alles toe zal leiden, wordt het zelfs haar te veel en plukt ze intens triest aan de veren, wetend dat ze nóg twee keer haar onvermijdelijke taak zal moeten verrichten: de ontzielde lichamen van Julia en Romeo met dons besprenkelen.’

‘Het ontzielde lichaam van Romeo, die geen zelfmoord pleegt, maar gedood wordt door een jengelende engel’, smaalt Kester, ‘houd toch op’.
‘Romeo schikt en herschikt het levenloze lichaam van Julia’, ik houd niet op, ik begin net lekker op dreef te komen. ‘Hij geeft de engel het pistool, maar gebaart haar nog even te wachten. Julia’s rechtervoet moet nog precies naast haar linker. Dan doet hij twee stappen achteruit en bekijkt het resultaat. Nu is hij pas tevreden, zo wil hij het, zo ligt ze goed. Hij geeft de engel een teken. Romeo bepaalt wanneer de engel op hem zal schieten. Romeo pleegt dus wel degelijk zelfmoord, de engel is niet meer dan een instrument. Begint de engel te jengelen als een kind vanwege die handeling? Nee, de tranen stromen over Roosen’s wangen omdat ze nu pas, nadat alles wat noodzakelijkerwijs moest gebeuren ook daadwerkelijk is gebeurd, haar ware gevoelens mag laten zien. Ze huilt dus om het noodlot.’

Een goddelijk lichaam?
‘Gaan we het nog over Pierre Bokma hebben? Een acteur van 48 in de rol van Romeo, een hitsige tiener van zestien, zeventien?’
Het is Hein die dat vraagt. En hij geeft meteen zelf het antwoord: ‘Dat kan toch niet!’
‘Nee hoor Hein je hebt helemaal gelijk, dat kan niet.’
Vooral niet cynisch gaan doen. Dat was mijn tweede goede voornemen. Maar ik heb mijn avond blijkbaar niet. Het lukt me vanavond gewoon niet om me aan mijn voornemens te houden.
‘En Christiane Palha (30) in de rol van Julia, een meisje van veertien? Dat vind je toch geen probleem Hein, dat heb ik toch goed begrepen? Dan vind ik dat ook geen probleem. Ik ben het helemaal met je eens. Nee Hein, ik wil niet weten dat je vindt dat Christiane Palha een goddelijk lichaam heeft. Je bent trouwens in de war, ze heeft een weelderig lichaam. Hans Kesting heeft een goddelijk lichaam.’

Romeo en Julia van Toneelgroep Amsterdam ging in première op 21 maart 2004
Tekst: William Shakespeare
Vertaling: Gerrit Komrij
Regie: Ola Mafaalani
Spel: Pierre Bokma, Adelheid Roosen, Bart Klever, Hans Kesting, Christiane Palha, Jorge Fatauros, Celia Nufar, Ernesto Candal, Enrique Insfran de Fazio, Guillermo Insfran de Fazio en Janni Goslinga
Bandoneon: Martin de Ruiter

RiRo op 10/02/2007 - 18:10  

Romeo en Julia (Toneelgroep Amsterdam)