De moedervoorstelling van het vrolijke In Concert, gezien één dag nadat deze voorgenoemde voorstelling in première ging. Wellicht toch beter in omgekeerde volgorde bekeken, want waar bij In Concert vrolijkheid de boventoon voert, slaat In De Rui een heel andere toon aan. Na een heerlijk sloom begin, als een luie zondagmorgen, en de radioscène die we ook al van In Concert kenden, slaat de voorstelling om in een meeslepend drama, dat je ietwat ontdaan de zaal doet verlaten. Dit is geheel en al op het conto van de acteurs te schrijven, die een indrukwekkende prestatie neerzetten. God, ik moet vaker naar theater.
Het is dan toch eindelijk gebeurd; Pia en Roy zijn uit elkaar. Toch is het een schok, net als dat Seki uit De Bus is, je weet het al tijden maar dan is het zover. Ik vond dit deel iets minder dan de vorige daarom een tomaatje, maar een gewei voor ‘With a little help for my friends’ en een hilarische ‘Bohemian Rhapsody’. En een gewei voor Big Brother Tara die in de zaal zat, ze maakte het helemaal af. Misschien kom ik Seki ook wel eens tegen in het theater, lijkt me meer een mime-liefhebber.
Het heeft even geduurd, maar na Toneelgroep Amsterdam heeft nu elk zichzelf respecterend gezelschap een eigen band. Ook de Mug gaat ‘in concert’. Gelukkig zijn het hier niet de stagaires die de muziek verzorgen, maar die-hards Marian Luif en Marcel Musters die naast hun briljante ‘In de rui’ de behoefte hebben aan lichter repertoire. En dat met ons willen delen, gelukkig. Hulde aan technicus Dirk Kuiper die, als buurvrouw, gezellig aanschuift.
Gezellig hoor, zo’n volkomen schaamteloos bij elkaar geraapte voorstelling. Veel bekende hits die je doen verlangen naar een teepje om mee te zingen, want dat is goed voor de mens.
Waar bij anderen het parodiëren van de working class tenenkrommende effecten heeft, maken Marcel Musters en Marjan Luif een ontroerende en liefdevolle voorstelling, met een sterrol voor Dirk Kuiper. Kan dit een serie worden?
Mug Met De Gouden Tand stelt impromptu programma samen, deels uit oude stukken, deels uit onvertoond materiaal, over een fictieve radiopiraat, die gerund wordt door twee pronte volksvrouwen, en de zoon van één van hen. In deze setting brengt men tegelijkertijd zowel een ode aan, als een parodie op het levenslied, de “Kleine Mensch”, de dierenliefde en de mythe van het radiomaken. De spelers doorgronden daarbij de personages tot in de miniemste details. Virtuoos, mooi, ontroerend, to the point en vooral onbedaarlijk grappig. MEER!
Energieke voorstelling waarin een jonge en een meisje strijden om de gunst van het jonge publiek. Helaas weten de acteurs niet goed raad me de uitgesproken reacties van de kinderen.
“Kijk eens pubers, ik doe jullie na! Doe ik het goed?” Allemaal: “NEEEE!”
erg mooi. goed gespeeld en droevig. wel wat te simpel van taal, maar ja, ik ben dan ook geen 12 meer. moest huilen, en dat zegt wat. doei.
Enkele dagen voor de uitslag van het nieuwe kunstenplan, zie ik het, waarschijnlijk volgend jaar zonder subsidie zittende, Discordia met een hele mooie voorstelling. Deert niet dat ik eigenlijk voor ‘Die Fysiker’ van Dürrenmat kwam, deze mag er ook wezen. Met zijn zessen leggen zij de vinger op het menselijk denken. Een uur lang herinneringen terwijl ondertussen op het toneel de volle kasten en koffers worden schoongeruimd. Behalve veel herkenning (ik herinner mij het uitkleden na eerst onwennig kussen als voorbeeld) ook een aanleiding om de eigen herinneringen weer eens onder het stof vandaan te halen. Wanneer Jan Joris Lamers ten slotte met enkele woorden het heden ook al tot herinnering maakt is de conclusie simpel: prachtvoorstelling.
Jammer dat Discordia na de pauze zijn reputatie als afstandelijk, zelfingenomen ons kent ons theatergezelschap weer waarmaakt met ‘Pick-Up’ van Rijnders, slappe tekst, slechte voorstelling.