Wat een sterke voorstelling en dat vooral door de acteerprestaties van Hans Kesting (uiteraard!), Eelco Smits (ook uiteraard) en Marieke Heebink (na zoveel jaren toch een verrassing,of toch niet?). Niet de beste tekst van Ibsen maar de acteurs tillen het op tot grote hoogtes. Alhoewel de inbreng van de Duitse regisseur Thomas Ostermeier zeker niet onderschat mag worden.
Ik heb de afgelopen week toevallig veel theater gezien en ga met een vermoeide geest de zaal in. Ik raak verzadigd, ik zie teveel van hetzelfde. Als ik een eerste blik op het decor van Spoken richt, word ik betoverd door de schoonheid ervan. Hiervoor wil ik me wel openstellen. Prachtige sfeerbeelden van zee, bos en strand worden geprojecteerd. Dan, door het openen van een tweede houten schot -fraai hout, geen goedkoop wit scherm- en trekt het spookachtige landschap aan ons voorbij. Op de achtergrond stort een scherm van regen naar beneden, het dondert en kou trekt de zaal in. Op de achtergrond dekt een meisje de tafel. Rembrandtiaans uitgelicht. Ze dekt zorgvuldig, met aandacht. Wat word ik blij van dit levend portret, van deze esthetiek. Dan gaat ze praten. Haar vader komt op en ze schrikt van zijn binnenkomst. Ik versta haar slecht, het geluid lijkt naar achteren te slaan. Ik irriteer me aan haar eerste verschrikte blik die ik niet geloofwaardig vind. Het heilig ontzag dat ik de eerste vijf minuten voor deze voorstelling had, is helaas snel minder geworden. De opkomst van Hans Kesting als de moralistische dominee Manders en Marieke Heebink als de geschonden Hélène Alving stellen me enigszins gerust. Prachtig is het als dan het decor ook nog blijkt te kunnen draaien en we de scène ineens vanuit het perspectief van Hélène beleven. De gaten in de sokken van de dominee die zij gadeslaat, zijn een fantastisch beeld waarin voor mij de schijnheiligheid van de gehele kerk vertegenwoordigd zit. En toch doet het ook een appèl op menselijkheid, dat vind ik knap. De eerste scène tussen deze twee personages is prachtig ingehouden gespeeld. Het verdriet van de vrouw over haar mislukte huwelijk waartoe ze toentertijd door de dominee in gedwongen werd, wordt voelbaar, maar nergens pathetisch. Ik geniet van het intrigerende psychologische spel tussen hen. Met dank aan Ibsen voor de gelaagdheid en de opbouw van de tekst. Als in een verantwoord emo-drama mag ik meekijken in de levens van deze beschadigde mensen. De opkomst van de zoon Oswald, gespeeld door Eelco Smits is spannend. Hij bekijkt zijn familie door de ogen van een camera. Mooi idee dat hij de buitenstaander is die de waarheid filtert door de camera te zetten waar hij het op wil zetten. Jammer genoeg is het technisch nog niet volmaakt. Of is het een inhoudelijke keuze om de videobeelden een paar seconden later te tonen? Ik raak er door afgeleid. De gekte van de zoon -hij lijdt aan hersenverweking volgens zijn dokter- speelt hij fenomenaal. Ik ben opgelucht als ik deze acteur hoor praten zonder dat opgelegde toneelschooltoontje. Hij laat alle facetten en kleuren zien die horen bij iemand die afgewezen is door degene die hem het dichtst bij zich had moeten houden: zijn moeder. Tot het vertrek van Regina, het dienstmeisje dat de halfzus van Oswald blijkt te zijn, kan ik alle keuzes die de personages maken volgen. Ik begrijp ook nog dat Oswald volkomen doorslaat, het resultaat van het jarenlang afgewezen zijn, maar dat het schuldgevoel van Hélène wordt afgekocht met het tongzoenen van haar zoon, vind ik zo gekunsteld. Het heeft niets te maken met het dwingende karakter van het sociale milieu en komt niet voort uit de psychologie zoals Ibsen die bedoeld heeft. Ik denk alleen maar dat de regisseur het wel een spannend idee vond. Vooral als dit beeld haar climax kent in het beeld van een moderne piëta, is de hysterie voor mij compleet. En ik las dat Ostermeier daar nu juist wars van was. Jammer. Maar goed, het laatste overspannen kwartier daargelaten, denk ik toch dat dit zorgvuldig gepolijste drama met zoveel oog voor schoonheid op mijn lijstje van favorieten zal komen te staan.
Fijn inderdaad dat multimedia en special effects allemaal een keer goed uitgevoerd zijn en lekker werken. Het draaiende decor en de overgangen geven een aardig filmisch effect.
Thema: we zitten allemaal vast in de (zelf opgelegde) beperkingen van ons verleden. Bekend en niet heel relevant gemaakt.
Ik weet niet wat er in de eerste helft aan de hand was, maar het begon daarna pas te lopen. Misschien ook omdat Eelco Smits toen kon gaan acteren in plaats van cameraman te spelen.
Hans Kesting had ik als dominee liever vilein dan grappig gezien maar ik weet niet of dat erin had gezeten.
Al met al wel een erg mooi stuk en smaakt naar meer van Ostermeier.
Het ziet er prachtig uit, met dat draaiende podium, die twee beweegbare wanden, die videoprojecties. En dan, wat later, de maaltijd met de dominee als gast, in doodse stilte, waarbij alles wat vooraf ging, en alles wat nog moet komen, alleen in lichaamstaal wordt verbeeld. Dit is de eerste regie van Thomas Ostermeier die ik zie, en het bevalt me goed. Maar ik ben toch het meest onder de indruk van het spel van Marieke Heebink en Eelco Smits. Hun moeder-zoon scènes zijn voor mij de absolute hoogtepunten.
De mening van Melpomene, in zijn recensie hieronder, over Hans Kesting als dominee Manders, deel ik niet. Ik heb een voor zijn doen juist heel bescheiden acterende Kesting gezien, alsof hij Heebink en Smits volledig de ruimte wil geven om hun personages op te bouwen. (Wel eens goed overigens om weer eens bevestigd te krijgen hoe subjectief mijn oordelen over voorstellingen zijn.)
Helemaal geen kritiek dan? Misschien toch. In de indrukwekkende slotscène wijt Oswald zijn ziekte aan zichzelf. Hij zegt dat ook expliciet. Zijn moeder weet dat dat niet zo is. Dat die ziekte, via haar baarmoeder, de venerische erfenis is van Oswald’s vader, ‘een man vol levenslust’ zoals zijn promiscue seksleven in de vertaling van Judith Herzberg wordt aangeduid. Die diagnose wordt heel verdekt overgebracht, eigenlijk alleen via de mimiek van Marieke Heebink. Is het de bedoeling dat de ziekteoorzaak vaag blijft? Ik begrijp niet zo goed waarom die keuze is gemaakt.
Draaiend vloeien schimmen samen
De Duitse regisseur Thomas Ostermeier maakt als gastregisseur een puur tekstuele ervaring waarin beeld en geluid deel lijken van de tekst van Ibsen en samen opgaan in een ontroerende, minimalistische synthese.
Een aantal van de beste acteurs van Nederland probeert ons te confronteren met Ideeën en gewoontes uit het verleden, ofwel spoken, die ons achtervolgen en waar we soms van los willen komen, ook al kan dit niet. De geschiedenis is een deel van wie iemand is en is daardoor onmogelijk te verloochenen. Niet alleen persoonlijke geschiedenissen zorgen hierbij voor het vormen van je toekomst, ook genetisch lijken we gedoemd te zijn om in vrij gebaande patronen te vervallen. Ook discussiëren Dominee Manders (Hans Kesting) en Oswald Alving (Eelco Smits) over het al dan niet bestaan van liefde, waardoor de vraag rijst of de 21e-eeuwse liefde niet een andere inslag zou moeten kennen dan de ons allen bekende opvatting. Bestaat de liefde van vroeger nog in de relaties van vandaag of eindigt men deze relaties vaak al voor die liefde heeft kunnen ontstaan? Is de liefde van de 21e eeuw niet een liefde waar vrijheid behaald wordt omdat dwang en verwachting uit de kern van de liefde worden weggenomen en een vrijblijvendheid terugkeert. Zou het nu in liefde niet belangrijker moeten zijn dan het verleden en de toekomst en zou de liefde die we voelen niet moeten primeren over het aangenomen, gedateerde beeld van liefde?
Deze vragen krijgen diepte op een continu draaiend plateau waardoor het lijkt alsof de acteurs in het begin van de voorstelling hun draai niet lijken te vinden omdat de wereld die draait ervoor zorgt dat het contact met de aarde niet goed gevonden kan worden. In het tweede deel gaat het acteergeweld echter los, waarbij dit geweld, anders dan we gewoon zijn van Toneelgroep Amsterdam, het grootste deel van de tijd geïnternaliseerd wordt in plaats van naar buiten geslingerd. En hoewel het spel van stagiaire Isis Cabolet, die niet op kan tegen de andere grote karakters op het podium, en het op de zenuwen werkende bespelen van het publiek in De-Grote-Hans-Kesting-Comedy-show tegenvallen, zorgt het samenspel van Marieke Heebink en Eelco Smits voor een tegenwicht. De momenten waarop deze twee prachtig op elkaar ingewerkte acteurs samen in de dieptes van de complexiteit van hun personages opgaan, verdwijnen zij in een magisch moment. Hoewel het tekstuele spel van de verschillende acteurs in deze voorstelling nogal uiteenloopt is het veelvuldig gebruik van stil spel daarentegen van allen goed en zorgt deze voor een spanning en verkramping die een groot deel van ervaring maakt.
Deze door Ostermeier opgeroepen nieuwe kant van Toneelgroep Amsterdam staat me aan, raakt me en zou ik graag vaker willen zien. De combinatie van een prachtige repertoiretekst, goede acteurs waarbij sommigen zichzelf overstijgen en een perfectie in de verhouding tussen de verschillende theatrale middelen zorgt voor een ervaring die je opnieuw wil beleven.
Na een knagende ontevredenheid na de premiere me nog maar eens gewaagd in de donkere wereld van Spoken.
Treffend Traag
Integer Intens
Mooi mooi mooi.
Deze keer gaf de voorstelling me alles waar ik zo op hoopte.
De acteurs zitten zoveel beter in hun personage, ditmaal eindelijk de uitbarstingen gévoeld i.p.v gézien.
Klappen moest ik na deze voorstelling, als dankbetuiging. In stilte uit het theater wegsmelten wilde ik, uit respect.
De onheilspellende donder rolt onophoudelijk, de tijd tikt hoorbaar en tergend langzaam weg, somber licht accentueert de beklemmende kleuren, de personages houden zich nadrukkelijk op grote afstand van elkaar en, met dominee Manders als centrale verankering, plechtstatigheid gaat regelmatig over in stilstaand toneel. Pffffff. En dat drieeneenhalf uur. Dit is negentiende eeuws psychologisch drama vertaald in aangezet negentiende eeuws psychologisch drama. Nee, geef mij dan toch maar de tekstuele virtuositeit aan de andere kant van het voormalig veearsenijterrein in Utrecht. Wat niet wegneemt dat, vooral, Maike Meijer (mevrouw Helene) en Bas Keijser (de dominee) topprestaties leveren.