Een spetterende voorstelling waarin men de breakdancers en klassiek balletdanseressen heel mooi samen liet spelen. Jammer dat er geen thema was maar het resultaat bleef verbluffend en zeer modieus.
Een solovoorstelling (in spel, niet in regie etc.) van Oscar van Woensel, naar een tekst van hemzelf gebaseerd op Frank Zappa’s ‘Civilization Phase III’.
Collage-achtige teksten die toch een rode lijn lijken te volgen - verdienste van het nemen van Zappa als uitgangspunt. Veel gelachen ook - bijvoorbeeld tijdens Van Woensels tirade tegen treurige mannen (o.a. “Mannen die niet kunnen schaken. Mannen die dammen. Dammende mannen.”).
Van Woensel maakt in de voorstelling gebruik van samples die hij aanstuurt via drie keyboards (en een technicus). Hierbij houdt hij het simpel en dit maakt het gebruik van de samples sterk. Wel vraag ik me af of dit een theatertekst is, in die zin, het had waarschijnlijk net zo goed als hoorspel opgenomen kunnen worden.
Ronduit heerlijk. Twee meiden, spelend met de (niet bestaande?) grens tussen publiek en theater. ‘Ze doen niets’ fluisterd de een hogelijk verbaast en een beetje verlegen tegen de ander. ‘Zal ik dan maar eerst?’.
Vooral het beeld van de oorlog gaat erg naar binnen. De een verteld enhousiast over de prachtige foto’s die ze kan maken, de fantastische composities die het geweld opleveren terwijl de ander klein wordt, stil, zonder woorden smeekt, om stilte, rust, stoppen… En een bijna cabaretesk hilarische met gebarentaal verduidelijken van het plot. Dan zap je naar een idiote playbackshow met de zelfmoordpistolen als mic. Ook heel pijnlijk! De tekst verplicht je bijna om er later op de avond nog eens over door te praten. Ik heb genoten! Eén tomaat voor het publiciteitsmateriaal: dat dekt de lading totaal niet!
Ik vond het een geweldige voorstelling. De tekst en de theatrale situatie zijn in het eerste half uur nogal een tour de force, maar als het perspectief wat coherenter wordt, en je meekijkt door de ogen van een klein jongetje dat samen met z’n vriendjes de arabische liga naspeelt dan krijgt de voorstelling vleugels. En wordt je op meeslepende wijze gedwongen in ieder geval even stil te staan bij de wereld van de immigrant. Het geheel is geestig, energiek on-hollands, en lijkt recht uit ‘t hart te komen.
Leonce en Lena, een prachtige voorstelling over mensen die hun doel verloren zijn, die vergeten zijn waar het leven leven echt om gaat.
Ik bewonder Alize Zandwijk hoe zij deze lege personages toch boeiend maakt door onder andere de afwisseling tussen tragiek en komedie: wanneer deze twee samen komen versterken zij elkaar en gaan in elkaar over. De tragiek wordt gerelativeerd en het komische wordt hartverscheurend. Zoals in de scene wanneer leonce, Steven van de Watermeulen, verschillende taken tegelijk geeft aan de hofmeester, Eelco Smits; hier komen wreedheid en hilariteit samen -een lach en een traan-.
Alize mag dan ook haar beide handen kussen voor de cast want stuk voor stuk maken de acteurs een pareltje van hun personage. En niet alleen omdat hij net is afgestudeerd verdiend Eelco Smits een extra pluim, zijn spel is suptiel en hij heeft een komisch talent.(Zoals vele recensenten ook is opgevallen)
Ik gaf maarliefst 5 geweien. Het een na laatste zijn ze verloren tijdens een geweldige act in het decor dat onderandere bestaat uit geweien en het laatste vanwege het dipje in het midden.
Zeer zeker de moeite om te gaan bekijken.
Geweldige voorstelling waarin we het menselijke gedrag bekijken alsof het een vreemde diersoort betreft. Niets dan lof!
Een wat drakerige Ibsen [had je anders verwacht]. Maar een spel zoals je het je wil dromen. Fred Goessens, Lineke Rijxman en Kees Hulst zijn hier onovertrefbaar. Zelfs de onmogelijke sterfscène speelt Goessens zo levensecht dat je er totaal in kunt geloven. Marlies Heuer blijft een beetje steken in ‘technisch spel’, waardoor het even duurt voordat de zaak op gang komt
Geweldig spel van Elsie de Brauw en Chris Nietvelt! erg prettig ook dat de voorstelling niet zozeer alleen over De Varkenspest ging maar meer nog over een manier van leven waar je voor hebt gekozen en die door externe factoren plotseling helemaal op zijn kop komt te staan. Jammer dat vooral de zeug af en toe overkwam als een volwassene die probeert een kind te spelen en daar absoluut niet in slaagt.
Dit is echt niet leuk! Ik was op de première en het is goed dat er achteraf een gratis champagne-achtig drankje was, want anders was ik echt helemaal voor niets geweest. Wat een traag gezeur en wat zit die schouwburg toch klote met je knieeën in het balkon en je ellebogen in je buurman. En dan dat eeuwige trage gelul van Pierre Bokma (wat hij trouwens best goed deed). Het lompste van ik nog wel die kleinkunst mensen. Die mensen hebben harstikke veel talent en wat mogen ze bij hun kijkstage bij TGA doen? 10 minuten stil staan in een gechoreografeerde (hoe schrijf je dat) houding. En wat ik al helemaal sneu vind is dat Pierre Bokma dan ook nog een applaus in zijn eentje haalt. Dat is toch belachelijk, hallo laat hem dan een monoloog doen. Arme andere acteurs waarom nemen zij genoegen met een rol die enkel werkt als een kostuum voor Pierre Bokma. Zulke prachtacteurs waarom in zo lelijk theater. Ga dan gewoon bij een kleiner gezelschap spelen met een minder grote naam en kleinere subsidies, maar een rol waarin je nog wat kunt zien. Dit ene geweitje is voor de kleinkunst mensen en voor het decor en voor de “TGA, B” acteurs, maar ze moeten hem wel delen!! En ik had nog een heleboel meer tomaten willen geven, maar dat kan niet.