Hoewel we van de streek zijn, waren we eigenlijk nog nooit naar Toneel Isegrim geweest. We kenden uiteraard wel de stem van Tom Lesaffer. Hij spreekt namelijk diverse documentaires in van Impuls, de film- en videoclub waar we lid van zijn. Bij het binnenkomen leidt regisseur Patrick Mahieu ons binnen in de woonkamer annex keuken van Stefan Bardzinski (Tom Lesaffer), zijn vrouw Kristien (Michèle Ameryckx) en hun zoon Kristof (Thomas Allegaert). Zij wonen samen in bij de moeder van Stefan, Georgette (Paulette Vanneste). Stefan werkte vroeger bij de spoorwegen, maar de laatste tijd kampt hij met een depressie. Zijn beste vriend en eersteklas loser Bébeir (Rik Mestdach) komt regelmatig op bezoek om hem op te fleuren. En dan komt Lucien (Franky De Vos), zijn schoonbroer, het droevige nieuws melden dat vader Sylvester (Lieven Decaluwé), die ze al jaren niet meer gezien hebben, is overleden. En dat laat zijn sporen na bij iedereen van het gezin …
Een wat kitscherig decor met een woonkamer en een keuken. Achteraan leidt een deur naar buiten en buiten staan twee houten panelen waar Stefan regelmatig tot bezinning komt. Niet echt mooi allemaal, maar wel passend voor dit stuk, dat zich uiteindelijk toch afspeelt in een arbeidersgezin. Rond het speelvlak liggen sporen van een miniatuurtreintje. Op geregelde tijdstippen komt een treintje voorbijgereden. Dit symboliseert de obsessie van Stefan voor treinen. Stefan krijgt doorheen het stuk ook last van visioenen. Hij hoort en ziet zijn vader en zijn eerste vriendin Marlène (Kim Verschelde). Dit wordt heel mooi uitgelicht. De “geesten” komen op in het wit gekleed en krijgen een blauw licht op hen.
Dit is een goed voorbeeld van een tragikomedie, een stuk met een lach en een traan. De rol van Bébeir, knap vertolkt, bevat nogal wat valkuilen. Als je hier te zeer een typetje van gaat maken, zou dit kunnen uitmonden in onderbroekenlol. Idem voor de rol van moeder Georgette, schitterend gespeeld trouwens. En toch weet de regisseur deze valkuilen te vermijden. Hij slalomt er omheen door zijn personages mooi uit te tekenen en nooit de gratuite lach op te zoeken. Volgens mij vraagt dit stuk dat ook niet. Er mag gelachen worden. Want, laat ons eerlijk zijn, dementerende mensen zijn vaak grappig. Ook de rol van Stefan wordt heel knap vertolkt door Tom Lesaffer. Maar dat kan eigenlijk gezegd worden van bijna de hele cast , op een paar mensen na die wat te nadrukkelijk bepaalde emoties gaan opzoeken of net niet. Het verhaal boeit, hoewel het af en toe wat slabakt. Gelukkig komt dan net op tijd een nieuwe wending, waardoor je weer mee bent. Het bevat ook een aantal hele aangrijpende scènes, zoals Georgette die zich misgaat of de scène tussen Georgette en Liliane (Melina Moumeni). Kortom, een meer dan genietbare productie die ik zeker zou aanraden.
De adembenemende contrasten tussen bijvoorbeeld de muziek van Henry Purcell en de strakke emotionele danstaal van Leine & Roebana houden je op het puntje van je stoel. Maar dat geldt ook voor de krijsende gitaarklanken van John Zorn, de golvende bewegingen van drie in lang wit geklede danseressen, de blikken die soms het publiek aftasten, de zang van countertenor Joseph Schlesinger.
Een feest voor oog en oor.
Is er een overtreffende trap van mooist?
Ja, Sporen, hartverscheurend mooi.