John – Uch – Dowland en Kwé Kwé Kwiebie Nès
Wanneer de echo van de tegenelkaar klappende handen nog in mijn oor naklinkt na het einde van de voorstelling Flow My Tears, een samenwerking tussen Veenfabriek en Wunderbaum, zoemt de vraag wat ik hierover te zeggen heb als een gedachtewesp om mijn hoofd.
Omdat ik niet zeker ben over wat ik er van vind eerst maar feitelijk: Flow My Tears is
“De City” is een vreemde voorstelling. Als Riro in zijn Theaterdagboek gelijk heeft, maakt zij zelfs deel uit van een revolutie. Zou best eens kunnen.
Hoe dan ook vertaalster Clair, haar man Cristopher en buurvrouw/verpleegster Jenny tonen gedurende twee uur wel of niet hun denkbeeldige alter ego’s, in plaats van wie ze werkelijk zijn. In ieder geval: ze zijn zichzelf niet.
Tot halverwege denk ik nog ‘wat een evenwichtig gecomponeerde voorstelling met goed getimede stiltes,ook binnen de dialogen, en wat een perfecte balans tussen tekst en muziek’. Maar wat in eerste instantie de kracht lijkt, roept op den duur ergernis op. Naarmate de voorstelling vordert, betrap ik me steeds vaker op gedachten als ‘dat is nu wel duidelijk’ en ‘wat is dit traag zeg’.
De Touki’s stuurden brieven naar bevriende kunstenaars met een vraag naar lelijke spullen en andere ideeën voor een lelijke voorstelling. Daar maken ze een voorstelling van die erover gaat dat het in de kunst niet gaat over esthetiek maar over het sublieme. Dat is knap.
Bijzonder: een locatievoorstelling achter slagbomen, in een hangar op het voormalig vliegkamp Valkenburg.
Wel een beetje à la Hollandia. Maar dan muziektheater op basis van een lichtvoetige versies van de filosofie van Charles Fourier.
Visueel valt er veel te genieten: licht en prachtige beelden, fraaie bewegende soelers en speelsters.
Bizarre maar grappige voorstelling. Lekker pretentieloze stijl van acteren in die gekke kostuums. Behoorlijke dosis absurdisme, zonder dat het geheel flauw wordt.
Zieke Zielen, week 1 van de zogenaamde veenproeven-ontwikkelfase, geeft het publiek de keuze om 1 van de drie routes te volgen met een acteur.
Over het algemeen ben ik somber gestemd. Dit leven aan het begin van de eenentwintigste eeuw klopt niet helemaal met mijn aard. Er zijn wat dingen die het leven nu de moeite waard maken.
Ik had geen idee waar de voorstelling over ging toen ik naar Muziekgebouw aan ‘t IJ fietste.