Drie dansers, herhaaldelijk vallend, worstelend met weerstand, reeksen van korte, repetitieve bewegingen. Een stampend, bijna machinaal klinkend geluidsdecor. De borende blikken van Cecilia Moisio.
Ook in deze choreografie van Ann Van den Broek (mijn zwartste tot nu toe, zegt ze er zelf over) is de sfeer van verlatenheid en eenzaamheid volop aanwezig.
Het begin is prachtig: op een witte vloer onder een oerwoud van microfoons komen zes dansers met vertraagde bewegingen op. Als het bandapplaus en -gejuich aanzwelt is het een boysband die het publiek groet en zichtbaar geniet van de uitzinnige toeschouwers. Stampend ritmische muziek begeleidt de steeds agressievere dans.
Drie vrouwen, op handen en knieƫn, de achtersten naar het publiek. Een ritmisch bewegen dat allengs groter en heftiger wordt.