Mightysociety 5 is zonder twijfel één van de mooiste voorstellingen van de afgelopen tien jaar. Heb je hem nog niet gezien? ‘m gemist in A’dam? Stap in die trein, ga dat land door. Dit is een must!!
‘Denken over’ en ‘meevoelen met’ een voorstelling, het hoogst haalbare? Niks hoor. Er is nu: denken, meevoelen en ervaren! Door een handige en gedurfde combinatie (en doorontwikkeling) van een aantal heel bijzondere elementen uit ons theaterwereldje, ontstaat een soort totaaltheater, waarin een wereld wordt gecreëerd, die verdomd veel lijkt op de onze.
Heel goed concept. Allemaal kleine huisjes in 1 grote ruimte. Een mini wereld. Je kunt zelf kiezen welk huisje je binnen gaat. Daar zit je dan ongeveer een half uur in het privé leven van een personage. Dan gaan de deurtjes weer open en speelt zich van alles op straat af en daarna kun je weer een ander huisje binnen gaan. Maar je mag ook buiten blijven en door de ramen gluren.
Een vergelijkbaar concept (meerdere kamers/ huizen) is wel eerder gezien bij Rijnders, maar daar had het nooit dit effect. Daar mocht je wel om de woningen/ wijk heen lopen, maar je kon er niet in. Je bleef toeschouwer en werd geen deelnemer. Hier dus wel.
Zo heb ik naar binnengegluurd bij een stelletje dat porno zat te kijken. Merkte vervolgens dat er iemand naast me stond en voelde me enorm betrapt.
Ook was ik getuige hoe de ‘dorpsgek’ (die dus helemaal niet gek was, maar alleen wel veel op straat) een bezoekster versierde. Hij keek haar aan en zei: “Maak jij het goed vannacht?” Er was op dat moment niemand in de buurt behalve hij, zij en ik. Een heel klein kort intiem momentje, in een wereld volgebeurtenissen.
En ik heb een prachtige scène gezien over een Japanse vrouw, die een robot heeft gekocht, als hulp in de huishouding, maar ook voor al haar emotionele en andere behoeftes. En hij blijkt daar nog voor geprogrammeerd ook!
Maar het blijft natuurlijk wel een robot. Kun je van een robot houden? Ja, dus! Maar wat gebeurd er als je er achter komt dat je van een robot houdt? Zo goed gespeeld en ondertussen zulke humoristische, maar ook afschuwwekkende teksten. Je moet er niet aandenken, dat dit ons voorland is. Maar absoluut genieten van de kunde van de makers!
Sowieso respect voor deze acteurs. Een vier uur durende tour de force. Waarin telkens binnenshuis de scène wordt gespeeld, afgewisseld met improvisatie momenten op straat. Zonder gene zo dicht op de huid (van de toeschouwers) acteren is heel erg knap. En wat vooral bijzonder is, is dat de enige manier waarop contact met publiek gemaakt wordt, op een positieve manier is. Er wordt niemand te kakken gezet of beledigd.
De keuze voor scènes afgewisseld met improvisatie werkt enorm goed. Het maakt het contrast tussen het wel en niet menselijk contact hebben alleen nog maar groter.
Want de personages, die veelal alleen wonen, zijn terug getrokken in hun eigen huisjes allemaal op zoek naar menselijk contact, via radio, televisie of internet. Zelfs voor de paar stelletjes die er zijn, geldt dat het menselijk contact via de techniek wordt gezocht. Een stelletje filmt zichzelf en bij een ander stel is, zoals gezegd, één van de twee een robot.
Onze westerse wereld ten top (?). En ondertussen lijkt het aan velen voorbij te gaan, dat het wel voor iedereen (voor alle huisjes in de ruimte) dag en nacht wordt.
Een triest, maar ook pijnlijk realistisch beeld. Een beeld dat we bovendien in het theater, al heel vaak gezien hebben, maar nog nooit op deze wijze hebben mee beleeft. En het is ook nog niet alles, want Eric de Vroedt en zijn spelers geven ons meer. Veel meer! Ze zetten er ook iets tegenover.
Al vroeg in de voorstelling zijn er ook de kleine momentjes van zang op straat, waarbij het contact tussen de mensen er wel is. En dit worden er meer. Totdat uiteindelijk een ritueel van zang en dans plaats vindt, waarbij bezwete lijven tegen elkaar aan schuren. Allemaal goed gekozen middelen en heel goed uitgevoerd.
Bovendien is het evenwicht tussen spelers en publiek de hele voorstelling heel knap. Het menselijk onvermogen houden de spelers bij zichzelf/ dit tonen ze. Het publiek wordt uitgedaagd, uitgenodigd en verleid om het anders te doen!
Maar of dit dan de oplossing biedt? Ga zien!!
Niets aan omdat het totaal niet raakt wat iedereen daar aan het doen is. Niet te volgen, en niet te verstaan, geen ruimte genoeg in de kamertjes. Dus kom je niet aan de beurt en is het wachten op het naar buiten lopen van personages. Die vervolgens geheel in hun eigen wereldje blijven. Geen contact met het publiek maar daar wel doorheen lopen, en hun eigen act uitvoeren zonder dat je kunt bevroeden waar dit voor nodig is. De voorstelilng gaat zg. over utopie en dystopie. Niets van te merken, behalve dan dat de personages ontevreden en ongelukkig lijken. Het geheel komt narcistisch en autistisch over.
In een installatie zijn acht verhalen te zien die allemaal ongeveer een half uur duren. Na elk half uur dwalen de personages ruim tien minuten improviserend door de gangen voor ze weer naar hun kamers gaan waar de scenes opnieuw beginnen. Halverwege en aan het eind barst er een extatisch feest los waarbij alle personages aanwezig zijn. Die feesten duren twintig minuten. Tel maar op. Het lukt dus niet. Je moet zappen. Of kiezen. Dat is heel leuk of heel frustrerend. Of allebei. De voorstelling zou gaan over utopie en dystopie. Voor mij gaat het vooral over jongeren die verbeten zoeken naar contact, maar dat doen door zich terug te trekken met hun laptop. Om zich obsessief over te geven aan games bijvoorbeeld of bezeten te zoeken op datingsites. Als het maar iets virtueels is, tot de troostende arm van een robot aan toe. Niemand vindt het natuurlijk. Niet daar. Heel herkenbare verhalen over de wereld van jongeren van rond de twintig dus. Nogal traditioneel verteld, dat wel. Het bijzondere zit hem dan ook in het concept, in het geheel, in de zoektocht die je ook als toeschouwer gedwongen bent te maken, laverend tussen naar toneelstukjes kijken en een performance meemaken.
Vanavond nog een keer gegaan. Want het frustreerde me enorm dat ik niet alles heb kunnen zien. Ook de andere personages vinden het geluk natuurlijk niet in een virtuele wereld. Dat had ik kunnen weten. Ook nu zijn er momenten dat er iets van warmte doorschemert als ze hun laptop even met rust laten en hun solitaire zoektocht onderbreken om elkaar in een pauze te ontmoeten. Bijvoorbeeld als gamer Shawn langs gaat bij de door plastische chirurgie geobsedeerde Angel en ze zich samen te buiten gaan aan koekjes. Dan lijken ze heel even tevreden. Nu ik alle scenes heb gezien, valt me op hoe wisselend de kwaliteit is. Aan de ene kant scenes waarin nauwelijks iets aan de verbeelding wordt overgelaten. Aan de andere kant, de gameverslaafde Shawn, de systeembeheerster Katie Byron, scenes waarbij nog wel wat te raden overblijft. De voorstelling zal ongetwijfeld nog groeien, al is het maar omdat de superjonge acteurs zich op den duur steeds vrijer zullen gaan voelen, vooral in de intermezzi. Als je perse wilt weten hoe alle verhaallijnen, personages en scenes in elkaar grijpen, is het handig om PB in de gaten te houden. Maar belangrijk is dat natuurlijk niet.