minirecensies

Drie Zusters

Twee weken geleden verrasten acteurs van Toneelgroep Amsterdam het publiek van Drie Zusters door uitbundig verkleed de voorstelling van hun Haagse collega’s binnen te lopen. Om aan het carnavalsfeest mee te doen. Vanavond in Drachten is er ook een verrassing. Een heel ander soort verrassing, een extra dialoog in het eerste bedrijf.

Want al in dat eerste bedrijf klinkt er een knal, terwijl het duel tussen Soljony en Toezenbach pas veel later zal zijn, pas na de pauze. Wat Versjinin meteen na die veel te vroege knal zegt, komt heel natuurlijk over, alsof de woorden gewoon in de tekst staan. Mark Rietman blijft kijken in de richting van de andere verjaardagsgasten en verandert ook niet van toon. Heel rustig, maar wel enigszins bezorgd, vraagt hij: ‘Viel er nou een schót?’ Het nuchtere antwoord komt van Soljony (Tibor Lukács): ‘Ik denk een lamp.’

Twee maanden na de première, nog maar een paar voorstellingen te gaan. Wat moet ik er nog over zeggen? Alles lijkt er al over gezegd. Toch is er nog iets. Ik erger me naarmate de voorstelling vordert namelijk steeds meer aan Natasja, aan de vrouw van Andrej. Ben ik de enige? Ligt dat aan mij? Voor de actrices die de drie zussen spelen ben ik alleen maar lof tegengekomen in de eerdere recensies. Ook Mark Rietman, Hans Croiset, en Antoinette Jelgersma krijgen her en der nogal wat complimenten. Maar niemand heeft het over Anne Lamsvelt.

In die positieve waarderingen voor de anderen kan ik me goed vinden. Vooral de manier waarop Anniek Pheifer (als Masja) en Hans Croiset (als de oude dokter) tot de uiterste grens gaan zonder dat het echt karikaturaal wordt, vind ik heel mooi. Maar als ik me zo erger aan dat burgermeisje met die steeds truttiger kapsels, dan ligt dat toch niet alleen aan mij. Dan komt dat toch ook omdat Anne Lamsvelt dat personage zo goed speelt.

RiRo gezien 27/01/2013