Wat een goede voorstelling! De hele zaal is het dorpje dogville. Tribune is weggehaald, en vervangen door krukjes, waar je als publiek op kan zitten waar je maar wil. En het is vooral de bedoeling dat je ook gedurende de voorstelling nog verplaatst. Dat laatste doet natuurlijk bijna niemand, omdat we als publiek bang zijn te bewegen, maar dat maakt het idee niet minder leuk. Verder werd de sfeer door de aankleding echt goed gezet. Decor, muziek, licht, filmprojecties, werkten allemaal erg goed samen. Omdat ik de film ook al gezien had, zat ik met veel plezier te wachten op bepaalde scènes, die me dan, als ze kwamen, uiteindelijk niet teleurstelden. Vond het gesprek van Grace in de auto met de Grote Man ook erg sterk. Wel vind ik het stuk eigenlijk nogal traag. Ik begrijp wel dat dat past bij de sfeer van het slaperige dorpje, maar een half uurtje schrappen had denk ik best gekund. Ook is het feit dat het publiek zo rond mag lopen best een groot risico. Zo ging het publiek niet altijd snel genoeg aan de kant als mensen spullen nodig hadden of ergens naar toe moesten, en dat verhoogt de snelheid ook niet. Maar het totaal is echt een mooie voorstelling, een aanrader!
In een overvolle Stadsschouwburg (waarom maar één voorstelling in A’dam?) zag ik gisteren een halve voorstelling van Dogville. Niet dat ik weggelopen ben, maar ik zat zo verkeerd dat ik de hele rechterkant van het toneel niet kon zien. Of dit er ook voor gezorgd heeft dat ik niet zo heel enthousiast over deze voorstelling ben, weet ik niet. Het is gewoon de film, niks aan veranderd, niks aan toegevoegd, gewoon gekopieerd en dat vind ik jammer. Zelfs het uiterlijk van de meeste personages is nagenoeg precies hetzelfde als in de film, wat het des te irritanter maakt dat Grace niet blond is en het hielp ook niet dat Jacqueline Blom niet goed speelde. Waar de film mij al drie keer heeft weten te boeien, kon ik hier alleen maar om lachen. Alle humor die in de film zit wordt hier extra duidelijk gebracht, dat is fijn. Met een extra gimmick van Geppe Costa als Martha. Dat er mensen de film nog niet hadden gezien bleek wel aan de geschokken reacties hier en daar in de zaal aan het einde van de voorstelling, maar dat is dan ook de enige functie die deze voorstelling kan hebben, het (oh zo goede verhaal) aan het theaterpubliek dat geen dvd-speler heeft vertellen. Nee sorry, er had veel meer in gezeten.
Het Rotheater is er weer in geslaagd om een prachtige voorstelling te produceren die vooral technisch verbluffend in elkaar zit. Pieter Kramer heefd een geweldige bewerking gemaakt van de film Dogville waar hij het filmische niet schuwd mede door bijzonder licht en een prachtig decor van Paul Gallis. Maar een ding moet gezegd worden, alle geweien zijn voor de muziek die je van het begin tot het eind de voorstelling laat beleven en het verhaal bijzonder mooi ondersteund. Bravo voor de componist die van deze voorstelling een meeslepend meesterwerkje heeft gemaakt door middel van zijn muziek!
Lars von Trier lapte met de succesfilm Dogville geheide filmconventies aan zijn laars door stevig bij het toneel te winkelen.
Met de “Dogville” van Pieter Kramer is schijnbaar het omgekeerde aan de hand. Het ziet er nogal filmisch uit. En toch lukt het bijna om de opzet van Von Trier te behouden.
Die wilde laten zien dat experimenten om samenlevingen van andere, goede, mensen te scheppen, tot rampen leiden. De bewoners van het gehucht Dogville zijn aanvankelijk bereid zich door de dorpsidealist Tom te laten overtuigen om altruïstisch een ( erg naïve) vluchtelinge te helpen. Maar langzamerhand dwingen ze haar -in de kern baatzuchtig en egoïstisch gebleven- al drogredenerend in de positie van slavin. Anderzijds blijkt in het apocalyptische einde de lieve, zachtmoedige en meegaande vluchtelinge Grace, zich te ontpoppen tot een meedogenloze wreekster.
Het ziet er allemaal prachtig uit. Decorontwerper Paul Gallis bewijst opnieuw zijn meesterschap. Ook de decorstukken afzonderlijk worden slim gebruikt. Evenzeer doet de vondst om Tom Kas als voiceover van vlees en bloed in te zetten, het uitstekend. En Beppe Costa als Martha werkt zowel erg geestig als goed. De opsomming van fraaie details zou kunnen worden vervolgd.
Maar toch, maar toch. Het verhaal overtuigt op de planken niet echt. De omslag van onverschillig naar hulpvaardigheid, van sympathie naar uitbuiting, van schuldeloosheid naar bloeddorst blijft onbegrijpelijk. Hoewel dat natuurlijk ook in de structuur zit, blijft het allemaal toch ook wel erg schematisch. Daar veranderen de prestaties van Jacqueline Blom, Frank Lammers en al die anderen niets aan.
Kortom, een dappere poging, die er bijzonder fraai uitziet, maar niet helemaal is geslaagd.