Gisteravond heb ik Hollandse Spoor van het Nationale Toneel mogen bewonderen. Een “publiekssucces” waarvan je meer dan droevig wordt, want als deze aaneenschakeling van langdradige soapscenes, overgoten door een geinige, karikaturale, leukdoenerige saus in dit multi-culti drama, ons iets moet vertellen over onze samenleving, dan is het niet best gesteld met ons landje. Naar het schijnt was er geen af stuk bij aanvang van de repetities en hebben de acteurs het op zich genomen de verhaallijn te ontwikkelen. Hoezeer dit initiatief bij een gezelschap als het Nationale Toneel ook toe te juichen is, het levert nog geen goed stuk op. Cliche volgt op cliche. De clou van het stuk ziet men al na een kwartier ongeveer aankomen. Desalniettemin worden we twee uur lang op telkens weer een nieuwe krakkemikkige dialoog vergast, die dit miserabele plotje verder moet stuwen. Droevig is bovendien het niveau van acteren. Op een enkel lichtpuntje na als Wimie Wilhelm en Esther Scheldwacht wordt nergens samengespeeld, de dialogen worden om en om opgedreunt, geen reactie is nieuw, fris. Alles wordt simpelweg voor het publiek op de automatische piloot herhaald. En dat terwijl ik in de veronderstelling verkeerde dat acteren reageren was… Een avond als deze bij de plaatselijke amateurtoneelvereniging zou mij ook niet hebben kunnen bekoren, maar goed, de plaatselijke amateurtoneelvereniging kan ook niet beter.
Als je een dynamische, komische hedendaagse voorstelling wilt zien over onze grote steden problematiek is de voorstelling Hollandse Spoor een echte aanrader. Als je een tikkeltje meer van Den Haag weet is de voorstelling alleen maar leuker. De filosofische teksten van de zwerver door Stefan van de Walle zijn onverbloemde statements de opvoering en dynamische transformaties van Esther Scheldwacht: een feest om naar te kijken De totale opvoering is een wirwar van allerlei lijntjes met een fantastisch script wat ritmisch gecomponeerd toch naar een ontknoping voert.De liefde van een turks meisje voor een blanke jongen ( zoon van een bekende politica)brengt de voorstelling dramaturgisch tot een niveau die de typetjeslijn met elkaar verbindt. Het enige minpuntje is dat het turks meisje als actrice niet geloofwaardig maakt of ze de blanke jongen gebruikt als middel om zich te ontworstelen aan haar conservatieve milieu of dat ze echt verliefd wordt op die jongen. of is dit de keuze van Doesburg als regisseur die de actrice hierin heeft laten zweven? Toch een voorstelling waarin taboes doorbroken worden en waarin heel wat subculturen op de hak genomen worden. en daarin wordt geen enkele cultuur geschuwd.
De openingsvoorstelling speciaal voor het nieuwe gebouw van het Nationale Toneel schept natuurlijk verwachtingen.
De voorstelling is een nieuw geschreven stuk over Den Haag. Leuk bedacht, maar de verhaallijn is erg slap. Er zit weinig inhoud in en sommige grappen zijn volledig misplaatst.
Ook zitten er veel cliches in over de multiculturele samenleving, die we langzamer hand wel uit onze kop weten.
Gelukkig wordt de voorstelling gered door het spel van sommige acteurs.
Stefan de Walle schittert als zwerver in een rolstoel.
En Meral Polat, die de hoofdrol heeft, draagt de voorstelling. Ze kan tevens ook prachtig zingen.
Haar tegenspeler, Diede Zillinger Molenaar, valt tegen. Hij kan het stuk niet dragen zoals Meral dat doet.
Voor de rest complimenten aan Maureen Teeuwen, die net als Meral een prachtige stem heeft (ze zing niet).
Toch leuk geprobeerd, het is weer eens wat anders dan dat serieuze gedoe.