De vloer en de wanden zijn van kledingstukken. Zesenzestig toeschouwers zitten tegen de vier wanden en luisteren naar de zeven Argentijnse acteurs. Die vertellen het verhaal van een man die zijn herinneringen opschrijft op de kleren van zijn bij een auto-ongeluk omgekomen gezinsleden. Honderden kledingstukken zijn het, en die vertellen daarmee, alleen al door hun aantal, impliciet ook het verhaal van het Argentijnse trauma, van de duizenden die “verdwenen” tijdens de Vuile Oorlog.
Gordijnen van aan elkaar genaaide kleding verdelen de ruimte in negen kleinere ruimtes. Twee daarvan blijven leeg, in de andere zeven zitten we met z’n twaalven (4x) of met z’n zessen (3x). Een acteur komt binnen, gaat bij ons zitten, en vertelt. Doordat we maar met zo weinigen zijn en omdat de acteur zo dicht bij is, is dat heel intiem. Na elke scène wisselen de acteurs en komt er een ander binnen, die ook weer vlak voor ons gaat zitten en het verhaal verder vertelt.
Een acteur heeft steeds precies dezelfde tekst als de andere acteurs. Die ze nèt niet gelijktijdig maar nèt na elkaar zeggen. Zodat je het volgende woord dat ‘jouw acteur’ gaat zeggen vlak daarvoor al even hebt horen doorklinken uit een van de andere ruimtes. En nadat ‘jouw acteur’ het heeft uitgesproken meteen daarna nog een keer uit weer een andere ruimte.
Het lukt me niet. Ik probeer de stem van de voice-over met de Nederlandse vertaling uit de speakers vlak achter mijn hoofd te negeren, ik probeer te luisteren naar de acteur die voor me staat en me tegelijkertijd open te stellen voor de stemmen uit de zes andere ruimtes. Maar de simultaanvertaling dringt zich dwingend op. Ik probeer het omgekeerde, ik concentreer me op de voice-over, probeer het Spaans te negeren. Maar dat is absurd! De acteur zit op minder dan een meter voor me, kijkt me aan, zoekt bewust oogcontact. Hoe kan ik die negeren!
Door een Nederlandse vertaling op te dringen wordt geprobeerd de inhoud overeind gehouden. Maar daarmee wordt de vorm van de voorstelling om zeep geholpen. Er had toch wel een wat elegantere oplossing gevonden kunnen worden: boventiteling, of iedereen een koptelefoon die je zelf aan en uit (of op en af) kunt zetten. Want zo, met die voice-over die alles overheerst en wegduwt, zo is het niet te doen, voor mij in ieder geval niet.