Het zal Bas Hoeflaak en Peter v.d. Witte moeite kosten bescheiden te blijven. Hun program werd in de pers én op Moose over de volle breedte prijzend vergeleken met Carver, Jiskefet, Alex van Warmerdam, Kamagurka en Herr Seele, Hans Teeuwen, Toon Hermans en zelfs Monty Python en Beyond the Fringe. Dat wekte grote verwachtingen en viel me dus pittig tegen. Geen scherpte, geen weerhaakjes. Kenmerkend vind ik het zwaaien met het zakje met twee rode ballen. Het is wel leuk hoor, maar échte ballen heeft hun optreden niet.
Precies wat het was: scènes voor de mensen. Schijnbaar los zand, maar met een strakke hand en (onzichtbare) rode draad gebracht. Wat me het meest opviel was dat de explosieve momenten van beide mannen de volgende seconde weer weg waren. Erg mooie beheersing. Dat ene tomaatje geef ik voor de zak die er in zat (pauzenummer, mwah) en het feit dat ik alles net te veel op een toon vond. alles was gespannen en hard en grotesk. Behalve op het eind, dan komt er toch nog wat ontroering bij het kindje. Het is echt een aan elkaar gewaagd duo, mooie muziek ook trouwens. Nou ja. Het was een lekkere aangename avond. Volgende keer net effe anders en ik word fan…
Er zijn geen grenzen meer tussen toneel en cabaret. Of: die zouden er niet moeten zijn, en Droog Brood werkt daar goed aan mee. Ik heb deze voorstelling twee keer gezien. De eerste keer klapte ik over mijn knieën van het lachen, de tweede keer voelde ik meer ontroering. Ja echt! Ontroering! En dat willen we toch zeker? Mensen die van Carver enzo houden, zouden via Droog Brood hun voorzichtige schreden in de wereld van het cabaretteketet kunnen zetten. Veel plezier!