Alexandra Broeder bewees met Candyland dat een voorstelling door kinderen maar bedoeld voor volwassenen gevaarlijk en verontrustend kan zijn. Kinderen met onverstoorbaar strakke gezichten, korte bevelende gebaren, en strenge dwingende ogen, gaan in die locatievoorstelling de machtsstrijd aan met het publiek. En die winnen ze.
Maar een voorstelling in een zaal? Met veel tekst? Natuurlijk, het is een bijzondere ervaring om voor een volwassen publiek vier kinderen van een jaar of twaalf à dertien twee echtparen te zien spelen. En ze dan woorden in de mond te horen nemen die normaal gesproken alleen volwassenen gebruiken. Maar dat is lang niet genoeg om me te boeien. Want uiteindelijk zijn het gewoon vier matige acteurs, ze hebben er tenslotte nog niet voor doorgeleerd. Met een nogal clichématige tekst spelen ze in dat eerste deel van Nature or Nurture ook nog eens voornamelijk op de herkenning.
Dat eerste uur, met de twee dan nog redelijk normale echtparen in een nacht met veel drank, werkt niet. Niet voor mij in ieder geval. Hoe goed Rosa, Willemijn, Jorrit en Marieke het ook doen, het is als theater allemaal te gemakkelijk. Pas het laatste half uur, als de voorstelling surrealistischer wordt, het kinderlijke steeds meer door het volwassen gedrag heen gaat schemeren, en de dreiging dat ze het me moeilijk gaan maken gaandeweg toeneemt, vind ik het interessant worden. De voorstelling eindigt sterk, het slotbeeld is zelfs erg sterk, toch is dat onvoldoende om het veel mindere eerste uur goed te maken.