theaterpraat

Kunst- en muziekminnaar L. Henny nodigt iedere zondagmiddag vrienden en kennissen uit voor een stukje muziek of toneel. Zijn huiskamer is dan tijdelijk het ‘Theatertje aan de Vecht’. Mag niet, zegt de gemeente Nieuwersluis; Henny exploiteert een illegaal theater. Hij mag geen subsidie of sponsoring ontvangen geen programmaboekjes maken, briefpapier drukken, noch entree vragen. Absurd vindt Henny, want in het hele dorp is geen enkele culturele voorziening; hij voorziet in een behoefte. Zonder entreegeld kan hij de voorstellingen niet betalen dus aan de voorwaarden van de gemeente kan hij niet voldoen. Voorlopig laat hij de clandestiene voorstellingen op een schuiladres plaatvinden. (Volkskrant, 4/11/99)