De Amsterdamse burgemeester Job Cohen heeft in zijn ‘State of the Union’ kritiek geuit op het beleid van staatssecretaris voor cultuur Rick van der Ploeg. Zijn rede was de tradtionele opening van Het Theaterfestival. Cohen pleitte voor een duidelijk onderscheid tussen drie taken van kunst- en cultuurbeleid: beheer van het erfgoed, het bevorderen van het scheppen van nieuwe schoonheid en cultuurspreiding. Dragers van het culturele erfgoed moeten structureler subsidie krijgen en niet iedere vier jaar om geld hoeven vragen. Scheppers van nieuwe schoonheid moeten meer vrijheid krijgen en niet lastig gevallen worden met eisen over spreiding en bezoekersaantallen. Verder vindt Cohen dat cultuurspreiding niet tot de kunstpolitiek behoort maar tot de cultuurpolitiek. Allochtonen worden te veel op een hoop gegooid en gemeenten zouden spreidingsbeleid moeten uitvoeren. Gemeenten zijn kleinschalig genoeg om de rijke schakeringen in een multiculturele stad te herkennen. Het doel moet dan zijn om kunstenaars uit verschillende culturen in de gelegenheid te stellen elkaar te ontmoeten. (NRC, 7/9/01)