Dit is geen theater. Dit is een smaakvolle uitstalling van theatralige spulletjes: een zelftikkende trom, een drumstel met extra’s, een raam-waarachter-het-kan-sneeuwen, een automatische brievenbus, een-lamp-die-kan-vallen, een pruik-die-af-kan. Allemaal leuk hoor, maar meer de rondleiding in een knussige tentoonstelling dan een toneelstuk. Geen theater dus, en al helemaal geen muziektheater (wat het zijn wil) - al wordt er een overbodig stukje met een bandje meegedrumd en even wat schilderachtig geklingelklangeld.
Erger vond ik dat het voor kinderen (de voorstelling is bedoeld voor ‘iedereen vanaf 8 jaar’) gewoon ook te cerebraal is. De ‘filosofie’ van het stuk (maak je niet dik, kijk gewoon goed naar de dingen om je heen, zie er de schoonheid van, vind daar het geluk in - zoiets) gaat vrees ik aan hen voorbij. Het slot (licht valt achtereenvolgens op gewone dingen als het raam, de deurknop, de stoel) is dramatisch absoluut niet overtuigend. Het contrast met de enige scène daarvoor waarin iets gebeurt (Oblomov krijgt veel post en telefoontjes tegelijk)werkt niet omdat er teveel tijd tussen is verstreken/verknoeid, en de (inhoudelijk correct gekozen) alledaagse voorwerpen die we ‘zien’ hebben niet echt iets dat ons arresteert, ons dwingend aanspreekt, of beklijft. De kindertjes bleven een beetje in de kou staan, vond ik.