Je komt de zaal binnen en op een groot scherm staan vampierentanden geprojecteerd. Het licht gaat uit, sneeuw dwarrelt over een doek en achteraan zien we een besneeuwd berglandschap. Waaaauw ! Dat is de eerste reactie. Je mond valt open van verbazing. En dan gebeurt het. Het eerste liedje wordt ingezet. Griet en ik kijken naar elkaar en een aantal vraagtekens rijzen op uit ons hoofd. Wablief ? Waarover zingen jullie ? Wij snappen geen jota van hetgeen ze staan te zingen op het podium. Pas na een paar minuten dringt het tot ons door dat ze eigenlijk over knoflook staan te zingen. En dit niet omdat we plots verstaan wat ze zingen, maar omdat ze met knoflook beginnen dansen op scène. Van een teleurstelling gesproken.
En zo ging het dus de hele voorstelling door. Het ene liedje na het andere en wij verstonden niets van de gezongen woorden. Bijzonder jammer als je weet dat er voor de rest bijna geen dialogen waren. Dan wordt het wel heel moeilijk om het verhaal te volgen. Gelukkig was het verhaal op zich niet zo moeilijk te volgen al moet gezegd dat de onverstaanbaarheid van de liedjes een domper zet op de hele voorstelling. Professor ? en Alfred zijn in Transsylvanië op zoek naar vampieren. Ze logeren in de herberg van ? en Alfred wordt er verliefd op ?, zijn dochter. Deze laatste is helemaal in de ban van graaf Von Grolock (de lokale vampier) en besluit bij hem in te trekken. Alfred en de professor gaan er achteraan. Veel meer verhaal dat dit is er niet. Deel één was dan ook ronduit saai. Naar mijn gevoel bleven ze veel te lang in de herberg rondhangen waar bovendien ook nog eens heel weinig gebeurde.
Deel twee was een heel stuk beter. Oef. Al bleef ook hier de onverstaanbaarheid ons parten spelen. Gelukkig zaten er hier een heel aantal hele spectaculaire scènes in met indrukwekkende decorwissels (de scène met de afdaling in de kelder, de nachtmerrie, de dans in de spiegel, de einddans, enz.). En dat die mensen kunnen zingen, dat zal wel zeker, al is het voor ons nog steeds een raadsel wat ze zongen. Toch een hele spijtige zaak voor een productie die ongetwijfeld heel veel geld gekost heeft.