Gedurende de voorstelling staan vijf acteurs in de industriele ruimte naast elkaar en focussen zich op het publiek dat blijkbaar verdachte is in een verhoor. De eerste 45 minuten worden in het engels continu vragen op het publiek afgevuurd. De acteurs wisselen nauwelijks van plaats en ratelen maar door. Is dat interessant? Nee helaas niet. Na 10 minuten vroeg ik me af hoe lang ze dit zouden volhouden. Lang dus. En bijzonder oninteressant. Na 45 minuten gaat de focus naar een van de collega’s die nu het vragenvuur aan de schenen krijgt. Daarna kleed iedereen zich uit en gaat op een wc-mat liggen. Een actrice gaat de planten sproeien achter de plastic afzetting en een andere acteur doet nog een monoloog in het portugees over wie en waarom hij is. En gaat ook in zijn onderbroek op een wc mat liggen. Daarna doet een collegaactrice dat nog eens dunnetjes over en is het afgelopen. Samenspel is er weinig, beweging ook niet, de kleding is potsierlijk, de teksten quasi interessant. De toeschouwer zou zich ongemakkelijk moeten voelen bij de intense verhoren. Ik voelde me vooral ongemakkelijk door het spel en de quasi moderne teksten en voelde me vooral niet aangesproken door de vragende acteurs.