Schitterend mooi is prinses Salome, zo wil de mythe. Een alles verterende liefde is het lot van de man die haar in de ogen kijkt. Zelfs de vrouwenhater Jokanaän, een profeet die in opdracht van de koning gevangen wordt gehouden, geeft met tegenzin toe dat haar ogen stralen als goud. En de koning, Salome's oom en stiefvader, belooft haar zijn halve koninkrijk of wat zij maar wil, als zij voor hem danst. Regisseur Pepijn Cladder slaagt er met een originele interpretatie in, om Oscar Wilde's verheven drama over uiterlijke schoonheid en perverse seksualiteit, aards en herkenbaar te maken.
-door Cecile Brommer
Niet de mooie, onbereikbare Salome wint in de regie van de afstuderende regisseur onze sympathie, maar de kwetsbare koning, ondanks het feit dat de oude man een wat perverse viezerik is die zijn oog heeft laten vallen op zijn stiefdochter. In de humoristische enscenering is de vrouw waar het allemaal om draait een zondagsdichteres die danst als een stoeipoesje op MTV. Haar schoonheid bestaat alleen in de fantasie van de mannen die zich door haar poses laten verleiden. Doen ze dat niet, zoals de profeet, dan moeten ze dat met de dood bekopen.
De koning is de enige in het gezelschap die respect heeft voor de woorden van Jokanaän. Alleen hij hoort het klapwieken van vleugels dat de dood aankondigt. Salome en de koningin hebben niet zoveel met de gevangene op, omdat hij vervloekingen over hen uitspreekt en weigert hen te bewonderen. In ruil voor haar popsterimitatie eist Salome zijn hoofd. De koning wringt zich in allerlei bochten, eerst om zin zijn te krijgen en vervolgens om onder zijn belofte uit te komen. Hij vindt het echter verwerpelijker zijn eed te breken dan de man te doden.
In zijn witte kostuum met knalgroene stropdas en rode rozenkrans om het hoofd, is de koning een opvallende verschijning. Zijn verbitterde vrouw draagt een zwarte jurk en gifgroene kettingen waarvan één net te lang. De profeet is eveneens gekleed in zwarte broek en blouse. In combinatie met zijn lange haren, flemerig uitgesproken onheilsboodschappen en ogenschijnlijke afkeer van bewondering, heeft hij meer weg van een bejaarde pastoor of kunstenaar uit de jaren '80 van de vorige eeuw dan van een meer hedendaagse, optimistische televisiedominee of charismatische politicus.
Het is dan ook niet de profeet, maar het personage van de koning dat in zijn gevoeligheid voor doemscenario's, jeugdige verlokkingen en perverse seksualiteit iets over deze tijd zegt. Zijn optreden contrasteert nogal met dat van de onverbiddelijke Salome. Groot geprojecteerd op het achterdoek zien we hoe de prinses, als ze haar prijs in handen heeft, de dode voorspeller triomfantelijk op de mond kust en de koning tergt. Dit moet ze met de dood bekopen en zo komt een van de voorspellingen van de profeet toch uit. Is er dan toch meer tussen hemel en aarde dan wat we met onze ogen kunnen zien?
zie ook: Interview Pepijn Cladder